Kunstnijverheid en het Museum

Kunstnijverheid en het Museum

zondag 1 juli 2007

In 2007 vond in Leeuwarden de eerste Nanne Ottema Lezing plaats, gehouden door prof. dr Peter Fuhring. Thema was de plaats van kunstnijverheid in musea. Wereldwijd, en niet in de minste plaats in Nederland, worden momenteel tal van kunstmusea hernieuwd. Verbouwingen en herinrichtingen roepen allerlei vragen op ten aanzien van de functie van musea. Deze vragen worden ondermeer ingegeven door het feit dat zowel de professionele als publieke  belangstelling sterk aan het veranderen zijn. Eén van de meest besproken kwesties is hoe Kunst met een grote K (zoals schilderijen en beeldhouwwerken) zich tot de kunstnijverheid (bijvoorbeeld keramiek, meubels, glas en zilver) verhoudt. Musea worstelen met talloze vragen. Zijn Kunst en kunstnijverheid elkaars tegenpolen? Moeten Kunst en kunstnijverheid geïntegreerd of juist gescheiden van elkaar worden getoond? Moet het één esthetisch en het ander cultuurhistorisch worden benaderd en gepresenteerd? Speelt de focus op het trekken van grote bezoekersaantallen, hetgeen ten koste kan gaan van de inhoud, hierbij een rol? 

Het is opvallend dat de visies uiteenlopen. Zo zal de herinrichting van het Rijksmuseum een duidelijk verschil met de oude presentatie laten zien. Waar vroeger de schilderkunst en kunstnijverheid gescheiden werden getoond wordt in de herinrichting gekozen voor een gemengde opstelling van schilder- en beeldhouwkunst met topstukken kunstnijverheid. Andere musea kiezen juist uitdrukkelijk voor een strikt gescheiden presentatie. Ook voor het nieuw te bouwen Fries Museum is het onderwerp actueel. Het maken van een keuze voor de wijze van inrichten is gewaar geen gemakkelijke opgave voor dit museum, zeker als bedacht wordt dat het aantal stukken kunstnijverheid een heel groot deel vormt binnen de totale collectie. Dit betekent namelijk dat per definitie slechts een selectie kan worden getoond, hetgeen vooral smaakmakers zullen zijn. De rest van de collectie, die zich in depot bevindt, is dan onder meer voor onderzoek raadpleegbaar via internet.


Kunstnijverheid en het Museum, P. Fuhring. 60 pagina‘s. De publicatie kost € 15,- incl. verzendkosten en is te bestellen via het contactformulier of in de boekhandel.